18 februari, 2025
Wij spelen als familie niet vaak een spelletje, maar nemen ze wel mee op vakantie ook al gaan ze vaak ongespeeld mee terug. Dit keer niet, want Dobble lijkt het spel van de vakantie te worden.
Bij Dobble heb je te maken met speelkaarten waar acht symbolen in verschillende kleuren en maten opstaan. Iedereen krijgt een stapeltje kaarten terwijl er één kaart open op tafel ligt. Vervolgens draai je tegelijk de bovenste kaart van de stapel om en moet je op zoek naar het symbool dat zowel op jouw eigen kaart als op de kaart op tafel voorkomt. Als je de match vindt, benoem je het symbool en leg je de kaart boven op de kaart op tafel. Diegene die als eerste geen kaarten meer heeft, wint.
Het lijkt een eenvoudig spel, maar vooralsnog wint aan het einde altijd Anouk. De eerste avond speelde ik drie potjes tegen haar. We begonnen met zeven en twintig kaarten en na de eerste twee rondes had ik acht kaarten over, na de derde zelfs nog dertien.
Tijdens het spelen was ik er heilig van overtuigd dat geen van mijn symbolen machten maar inmiddels weet ik beter. Twee willekeurige kaarten hebben namelijk altijd exact één symbool gemeen. Dat is het principe van dit spel.
En inderdaad, toen ik door de hele stapel ging, vond ik altijd een match al duurde het soms wel even.
Anouk heeft natuurlijk wel een voorsprong. Ze speelt het vaker en kent de symbolen. Daarom maakte ik een lijst van de zeven en vijftig symbolen op de kaarten en sorteerde ze op alfabet. Ik ging bovendien op internet op zoek naar de beste strategie. Ik ken nu de formule die het aantal verschillende symbolen berekent. Ik leerde dat de structuur van het spel is gebaseerd op iets uit de wiskunde dat een projectief vlak heet. En ik las dat het spel bij dit aantal symbolen eigenlijk zeven en vijftig kaarten moet hebben, maar dat her nu vijf en vijftig zijn. Op Youtube schijnt iemand zelfs te kunnen herleiden welke twee kaarten missen, maar dat filmpje sloeg ik vooralsnog over.
Maar ondanks dat ik me in het spel heb verdiept werpt mijn inzet tot dusver nog geen vruchten af. We Dobbleden weer en ik hield meer kaarten over dan eerder. Als variatie op het spel gingen we ieder door de hele stapel en ook dat duurde bij mij dubbel zo lang. Ik staar soms eindeloos naar de symbolen op zo’n kaart en zie de match gewoon niet. Alsik het dan uiteindelijk zie, dan vraag ik me af hoe ik zo blind heb kunnen zijn.
Ik moet me er maar bij neerleggen: het is het lot van een ouder dat kinderen altijd winnen. En dit fenomeen begint al jong met een spelletje zoals memory. Ik kom deze vakantie tot de conclusie dat het moet komen doordat de liefde voor een kind blind maakt.