23. maart, 2025
“Heb je Het archief van Thomas Heerma van Voss gelezen?” schrijft een vriendin. “Jullie hebben beide zo’n scherpe, warme empathische blik”.
Deze opmerking wekte mijn interesse en met twee vakanties in het verschiet liet ik mij verleiden om weer eens een boek te kopen. Eens in de zoveel jaar doe ik een leespoging, omdat ik vind dat iedereen zou moeten lezen. Inmiddels is de stapel boeken die ik niet helemaal uit heb gelezen echter groter dan die met gelezen boeken.
Vol goede moed begon ik dit keer aan Het archief: hoofdpersoon Pierre corrigeert scripties. Op zoek naar meer voldoening gaat hij, net als zijn vader vroeger, werken bij de redactie van een literair tijdschrift. Ongevraagde kopij wordt zijn aandachtsgebied. Maar wat de redactie ook verzint en wie de uitgever ook is, het tijdschrift is met zijn honderd abonnees ten dode opgeschreven.
Twee vakanties later zit de boekenlegger nog maar bij pagina 183 en heb ik er nog 100 te gaan. De verleiding om die alsnog te lezen, is alleen ver te zoeken; ik vind het namelijk een vreselijk saai boek. Het beschrijft vooralsnog eentonig en tot vervelens toe hoe kansloos het werk van de redacteuren is. “Boek heeft een traag tussenstuk - even doorzetten”, werd ik nog aangemoedigd. Maar een tussenstuk van 183 pagina’s is voor mij echt te lang. Ik mag dan wel niet veel lezen, maar de sfeer en setting van het boek waren voor mij na de helft van de pagina’s al wel duidelijk.
Dan hoor ik dat het boek bij Eus’ Boekenclub is besproken door neerlandica Nynke de Jong en oud-politica Hedy d’Ancona. Benieuwd naar hun mening, kijk ik de aflevering terug. Goed en mooi boek. Helder en precies geschreven. Geestig boek. Verschrikkelijk grappig geschreven. Het contrast met mijn beleving kan niet groter zijn. Grappig? Ik vind het eerder een tragikomedie met de hoofdpersoon als tragisch middelpunt.
Dan leest Nynke een passage voor en leidt die als volgt in: “In heel dit boek staat nergens beschreven dat die vader ziek is. Dat is zo goed, want ergens halverwege deze bladzijde wordt eigenlijk de sleutel tot de hele roman gegeven.” Ik vind die sleutel inderdaad, en naar mijn smaak pas, op pagina 196. Daar was ik alleen nog niet aanbeland.
Het is niet de eerste keer dat een boek lovende recensies krijgt, maar ik het enthousiasme niet deel. Maar ik houd vol. Vanochtend las ik alsnog de volgende dertig pagina’s en geef toe dat die inderdaad al boeiender waren. Het einde is in zicht en dus archiveer ik Het archief alsnog op de gelezen stapel.