19 okt, 2023

Zomaar een oefening

‘Heb je nog een leuke inzingoefening voor mijn koor?’, app ik naar mijn moeder een paar dagen voordat ik bij haar langs ga. Zij is jarenlang dirigente geweest en dus put ik graag uit haar collectie.

 

Aan het begin van dit koorseizoen stelde de dirigente voor om de leiding voor het inzingen te laten rouleren. Dat betekent dat elke week, iemand van het koor verantwoordelijk is voor de rek- en strekoefeningen van de stembanden. Vervolgens maken we een lijstje met waar de oefeningen aan moeten voldoen. Leuk natuurlijk, maar vanaf dat moment zit deze opdracht als vanzelfsprekend in mijn hoofd en denk of beter gezegd pieker ik erover. Want, wat ik ga doen moet natuurlijk wel goed, leuk en verrassend zijn.

 

Eenmaal bij mijn moeder haalt ze drie boeken tevoorschijn en zingt ze wat liedjes voor. Als ik zeg dat ik voor de afwisseling aan een Duits liedje denk, zingt ze het mij bekende nummer over Hans die zu mir kommt. Na de eerste zin volgen tongbrekers waarvan ik de tekst vroeger al grappig bedacht vond. Ob er aber über Oberammergau, oder aber über Unterammergau oder aber überhaupt nicht kommt, ist nicht gewiss, zing je tenslotte niet elke dag.

 

Ja, deze oefening ging hem worden. Een Duits lied is door mijn koor nog nooit vertoond. Bovendien voldoet het grotendeels aan wat er op het lijstje staat. Het is grappig voor het fijne gevoel, goed voor de articulatie en ook nog geschikt als canon en dus het trainen van de oren. De noten bovendien niet te ingewikkeld zodat ik zelf eventueel de begeleiding op de piano voor mijn rekening kan nemen. Manisch was ik, zo leuk vond ik mijn idee op dat moment.

 

Die nacht droomde ik echter dat ik mijn plan tot uitvoering bracht en geen enkele bijval kreeg. Van niemand niet. Het Duitse karakter sprak niemand aan, de tekst werd niet grappig bevonden en mijn ingestudeerde pianospel was borstklopperij. Zucht. Mijn voorpret is door deze droom toch iets afgenomen.

 

Tja, ik was weer eens volledig doorgeslagen en niet zelden word ik dan ook gek van mijn eigen consciëntieus zijn. Waarom neem ik ook deze opdracht weer zo serieus en hoezo wil ik het altijd zo goed doen. Het is tenslotte maar een inzingoefening. Mijn medezangers verzinnen ze haast ter plekke en ze zijn altijd leuk. Maar ik ben er zomaar alweer weken mee bezig.

 

Ook na de afgelopen les durfde ik mijzelf nog niet als vrijwilliger te melden. Hoe leuk ik het ook vind, ik moet eerst nog wat moed verzamelen om mijzelf een ander liedje te laten zingen.