21. nov, 2022

Zomaar ein Mord

Jaren geleden heb ik DWDD ongevraagd van advies voorzien via een feedback formulier dat ik op internet vond. In een manische bui deed ik twee suggesties en droomde vervolgens over hoe ik een actieve rol in de implementatie ervan zou krijgen. Ik zag me al zitten naast de grote Mathijs met mijn goede ideeën. Mijn suggesties waren als volgt:

  • een thema uitzending met gewone mensen
  • een dag in de week een gewoon persoon als tafelgast

Zo’n slecht idee was het niet om eens een ander geluiden te laten horen. Even later werd Dries Roelvink een tijdlang geïntroduceerd als volks tegengeluid in een intellectueel hoogdravend programma van Sven Kokkelmann.

Natuurlijk kreeg ik nooit een reactie en gezien de publicatie afgelopen weekend in de Volkskrant is dat maar beter ook. Het insturen van suggesties naar de almachtige Mathijs vond ik al dusdanig spannend dat ik zonder twijfel ook één van de aanstellerige softies was geworden. Althans, zo duidt een boven mijn verwachting grote groep het gedrag van de zeventig ondervraagden, omdat ze het monument van een programma blijven prijzen. Zo’n programma maken was nou eenmaal topsport.

Toen ik begon te werken had ik gelukkig allemaal aardige mensen om mij heen. Ik kan me mijn onzekerheid van toen namelijk nog goed voor de geest halen. Als beginneling was ik meer dan bleu, keek ik enorm tegen iedereen op en wilde ik vooral niemand teleurstellen. Wat was ik door het dolle toen ik als beginnend programmeur zelfstandig met DE business over een project mocht praten, maar wat vond ik het tegelijkertijd ook spannend.

DE business bleek een vriendelijke, oudere teddybeer met een aanstekelijke lach. Jarenlang hebben we fijn samengewerkt en ik durf te stellen dat deze samenwerking de basis was voor mijn verdere loopbaan. Wanneer er bij een fout tegen mij was “geblaft” op de manier die in het artikel beschreven staat was er niet veel van mij overgebleven. En, had ik mij op zo’n moment durven uitspreken? Never nooit niet. De schaamte op dat moment was te groot. Nu, tientallen jaren later zou ik het wellicht wel doen, al heb ik het nooit aan de hand gehad.

Ik kan me dus meer dan voorstellen hoe gespannen de sfeer moet zijn geweest bij DWDD wanneer je voor zo’n grootheid werkt en probeert aan de hoge standaarden van Mathijs te voldoen. Door zijn succes hij had een machtspositie waarvan hij zich bewust had moeten zijn.

Topsport?  ‘Sport is Mord’  zeggen ze in Duitsland. Karaktermoord in dit geval, maar dan wel op de medewerkers van DWDD, want Mathijs mag in mijn beleving niet klagen over de vele steunbetuigingen die hij krijgt.