20. feb, 2019

Zomaar een vaardigheid

Het hele ski-gebeuren vind ik maar een gek fenomeen. De laatste dagen heb ik me regelmatig afgevraagd wat maakt dat hele volksstammen een hoop ongemak ondergaan voor de ski-experience. De uitrusting bestaat (bij normaal weer) uit twee schoenen, twee ski’s met twee bindingen, twee stokken, een helm, een sneeuwbril en twee handschoenen en alles moet gedurende de dag regelmatig op, af, uit en aan.

Op de piste is iedereen met zichzelf en de elementen der natuur bezig, maar bij een lift komen we allemaal samen. Daar ontstaat een wirwar van glijdende ski’s die door poortjes heen moeten of een onontwarbare kluwen skiërs die hun ski’s in een houder aan het eitje kwijt moeten. Ik delf natuurlijk altijd het onderspit in deze strijd. Gelukkig is dit geen druk gebied en bereik ook ik op een gegeven moment wel de lift en de top van een berg. De rest van de familie wacht,net als de rest van de dag, wel weer op mij.

Het fenomeen aprés ski slaan wij over. De liederen zou ik inmiddels wel kunnen meebléren. Op de heenweg in de files hadden we ruim de tijd om naar een aprés ski lijst op Spotify te luisteren.  Heel vaak Ich bin solo’s met een scheiss egal tussendoor op de I-am-sailing-melodie is nog wel te doen. Alleen dat drankje dat erbij hoort is er na een ski-dag al snel één te veel voor mij. Het lijkt de volgende ochtend trouwens wel alsof ik deelgenomen heb.  

Nouja, ik kan mopperen wat ik wil maar ik baal natuurlijk gewoon omdat ik niet (zo) goed kan skiën en dat wordt de laatste jaren door de snelle progressie van de kinderen pijnlijk zichtbaar. Wat ben ik aan het ploeteren wanneer een piste aan het einde van de dag bedekt lijkt met hoopjes slush puppy. Of wanneer ik één ski niet meer aankrijg omdat er een ijsplaat onder mijn schoen zit. Als ik mijn sneeuwbril opzet zit er altijd wel een haar in de weg en moeten de handschoenen eerst weer uit om alles opnieuw te schikken. Verder heb je nog zwarte, rode, en blauwe streepjes die tezamen een Pistenplan vormen (?) en heb ik last van drukplekken in het gezicht en statische haren, die blijkbaar alleen door mijn sneeuwbril en helm worden veroorzaakt. Ik zie me nog niet zo snel met collega’s skiën.

En toch ga ik elk jaar weer vol goede moed. Gek genoeg hoor ik de kinderen juist helemaal niet mopperen over gedoe terwijl elke beweging er normaliter één te veel voor ze is. Het is voor deze familie juist een harmonieuze vakantie, waarbij sport het voor het grootste gedeelte van de dag van de apparaten wint en je nog eens hoort wat ze op school voor drama moeten doen. Vorig jaar heb Ik nog een ochtend met de kinderen gelest bij Roland. (Alleen) Naar mij riep hij steeds:”Du moest meer arbeiten...!” Ikke...???

In deze vakantie zijn de rollen omgedraaid en moet ik gewoon eens beter mijn best doen om de kinderen bij te houden... Bij elke bocht arbeite ik me tegenwoordig dus suf. Roland zou trots op mij zijn wanneer hij wist hoezeer ik mijn bovenbenen aan het einde van de dag voel. De kinderen zullen mij in nog veel meer dingen voorbijstreven en zo hoort het ook. En daarom bind ik toch de ski’s elke ochtend weer onder en probeer tevreden te zijn met een het-gaat-toch-prima aanmoediging en te accepteren dat mijn vaardigheid in veel takken van sport op een bepaald niveau blijft steken.

Meest recente reacties

03.12 | 15:18

Maar nog geen publicatie in het Haarlems Dagblad.

03.12 | 14:00

Je haalt me de woorden uit de mond.
Misschien is het iets familiairs.

03.12 | 11:18

Hoi Roelefien,
Wat een leuke stukjes heb je geschreven.

21.11 | 13:44

Prima stuk Roelefien!

Deel deze pagina